Aanpak Sociaal verwijzen

Sociaal verwijzen gaat over interventies waarbij gebruik gemaakt wordt van een brugfunctie tussen het medisch en sociaal domein. Deze aanpak betreft een doorverwijzing van eerstelijnszorgverleners naar een brugfunctionaris, meestal gericht op mensen met (milde) psychosociale klachten. De brugfunctionaris leidt mensen waar nodig naar ondersteuning door welzijn of het sociaal domein. Het bekendste voorbeeld van Sociaal verwijzen is Welzijn op Recept.

Kaarten met startjaar en gezette stappen

De eerste kaart geeft een overzicht in welke gemeente is gestart en wat het startjaar daarbij is. De kaart daaronder brengt de voortgang van de ketenaanpak in kaart. Hiervoor is aan gemeenten gevraagd welke stappen ze hebben gezet in de inrichting van de ketenaanpak. Hierbij valt te denken aan het creëren van bestuurlijk draagvlak, de aanstelling van een coördinator/projectleider, of dat er al concreet cliënten worden geholpen. Op basis van de gezette stappen zijn de gemeenten in groepen ingedeeld. De groepen staan onder de kaart nader toegelicht.

Regio filter

{@basisbeeld}

Aanpak Sociaal verwijzen

De onderstaande kaart geeft het startjaar van de inrichting van de aanpak Sociaal verwijzen.

Voor heel Nederland is in 92 procent van de gemeenten die de vragenlijst hebben ingevuld (n=316) gestart met inrichting van de aanpak Sociaal verwijzen.

#gala_sociaal_verwijzen_startjaar

{#gala_sociaal_verwijzen_startjaar}

Aanpak Sociaal verwijzen-2

De onderstaande kaart geeft aan in welke groep een gemeente valt qua gezette stappen in de inrichting van de ketenaanpak. De groepen staan onder de kaart beschreven.

#gala_sociaal_verwijzen_fase

{#gala_sociaal_verwijzen_fase}

Aanpak Sociaal verwijzen-3

Op basis van de antwoorden op de 12 stellingen uit de vragenlijst onder gemeenten over de inrichting van Sociaal verwijzen konden er drie groepen gemeenten onderscheiden worden voor deze ketenaanpak:

  1. In de eerste groep, waartoe 27 procent van de gestarte gemeenten behoort, zijn nog weinig stappen in de inrichting gezet. De stappen die zijn gezet, verschillen tussen gemeenten.
  2. De tweede groep vertegenwoordigt 65 procent van de gestarte gemeenten en hierin zijn meer stappen in de inrichting gezet. In deze groep vindt veelal al doorverwijzing plaats naar brugfunctionaris(sen). De groep kenmerkt zich verder door het hebben van bestuurlijk draagvlak en de aanwezigheid van een coördinator/projectleider. Ook zijn er samenwerkingsafspraken met welzijnsaanbieders, zijn er brugfunctionarissen aangesteld en opgeleid en is er een overzicht van het aanbod aan activiteiten dat ondersteunend kan zijn aan het uitvoeren van sociale verwijzingen.
  3. Tot slot is er de derde groep, waartoe 8 procent van de gestarte gemeenten behoort. In deze groep hebben gemeenten, naast de al eerder genoemde stappen, ook allemaal samenwerkingsafspraken en afspraken over financiering met de zorgverzekeraar. Daarnaast hebben gemeenten in deze groep meestal ook afspraken met zorgaanbieders gemaakt.